Auteur: Yvonne Bleyerveld
Pieter Stevens II was een Vlaamse schilder en tekenaar die werkzaam was in Bohemen.1 Karel van Mander noemt hem een ‘constigh Schilder en Teyckenaer’.2 Over Stevens’ leven is weinig bekend. Vermoedelijk werd hij rond 1567 geboren in Mechelen. Volgens Niederstein was hij in 1589 als meester in Antwerpen ingeschreven, maar daarvoor ontbreekt bewijs.3 Ook is niet zeker of Stevens in de vroege jaren 1590 Italië bezocht. Suggesties daaromtrent zijn gebaseerd op een serie tekeningen uit 1590 en 1591 van klassieke monumenten uit de omgeving van Rome en Napels, die door Zwollo aan Stevens toegeschreven zijn.4 Op 15 april 1594 werd Stevens benoemd tot hofschilder van keizer Rudolf II van Praag. Hij verbleef daar gelijktijdig met andere Nederlandse kunstenaars aan het hof: Paulus van Vianen, Roelandt Savery, Hans Vredeman de Vries en Philips van den Bossche. Na de dood van Rudolf II in 1612 trad Stevens wellicht in dienst van Karl I von Liechtenstein, stadhouder van Bohemen, van wie hij betalingen ontving tussen 1620 en 1624. Hij werd voor het laatst vermeld in Praag in 1624.
Stevens schilderde en tekende in de eerste plaats landschappen, waarbij hij zowel invloeden onderging van de Vlaamse traditie van landschapschilderkunst, als van kunstenaars van de Frankenthaler school. Zijn tekeningen kenmerken zich door hun zorgvuldige en schilderachtige karakter. Aanvankelijk combineerde hij pen en bruine inkt met blauwe wassingen. Later voegde hij in toenemende mate met het penseel warme bruin- en roodtinten, grijs en groen toe. Zijn tekeningen werden ook door diverse graveurs in prent gebracht, waaronder Aegidius Sadeler, Hendrick Hondius en Isaac Major.
Noten
1 Deze biografie is gebaseerd op ThB XXXII, 1938, pp. 24-25 (A. Niederstein); Zwollo 1968; Turner 1996, dl. 29, pp. 648-650 (A. Zwollo).
2 Van Mander 1604 (editie Miedema), fol. 291r.
3 Niederstein in ThB XXXII 1938, p. 24; Zwollo in Turner 1996. dl. 29, p. 648.
4 Wenen, Akademie der bildenden Künste, Zwollo 1968, p. 124.
