:host { --enviso-primary-color: #FF8A21; --enviso-secondary-color: #FF8A21; font-family: 'boijmans-font', Arial, Helvetica,sans-serif; } .enviso-basket-button-wrapper { position: relative; top: 5px; } .enviso-btn { font-size: 22px; } .enviso-basket-button-items-amount { font-size: 12px; line-height: 1; background: #F18700; color: white; border-radius: 50%; width: 24px; height: 24px; min-width: 0; display: flex; align-items: center; justify-content: center; text-align: center; font-weight: bold; padding: 0; top: -13px; right: -12px; } .enviso-dialog-content { overflow: auto; } Previous Next Facebook Instagram Twitter Pinterest Tiktok Linkedin Back to top
The Flagellation

The Flagellation

Anoniem (in circa 1470)

Ask anything

Loading...

Thank you. Your question has been submitted.

Unfortunately something has gone wrong while sending your question. Please try again.

Request high-res image

More information

Specifications

Title The Flagellation
Material and technique Black chalk or charcoal, pen and brown and black ink, green and gray-blue wash, corrections in white, framing lines with red chalk and the pen in black ink, on paper prepared red on both sides
Object type
Drawing > Two-dimensional object > Art object
Location This object is in storage
Dimensions Height 275 mm
Width 206 mm
Artists Draughtsman: Anoniem
Workshop of: Rogier van der Weyden
Previously attributed: Vranke van der Stockt
Accession number MB 1409 (PK)
Credits From the estate of F.J.O. Boijmans, 1847
Department Drawings & Prints
Acquisition date 1847
Creation date in circa 1470
Signature none
Watermark none (vH, 5P, wide; same paper as inv. no. MB 1398)
Inscriptions 'Rogier van der Weyden' (verso, at lower centre, in pencil), 'MB 1409' (verso, at lower right, in pencil)
Collector Collector / F.J.O. Boijmans
Mark Museum Boymans (L.1857)
Provenance Frans Jacob Otto Boijmans (1767-1847), Utrecht (L.1857); bequeathed to the City of Rotterdam, 1847; on permanent loan to the museum since 1849
Exhibitions Brussels 1953, nr. 80 (Vrancke van der Stockt); Antwerp 2002, nr. 27; Rotterdam 2007 (PvdEerden); Rotterdam 2009 (coll 2 kw 3)
Internal exhibitions De Collectie Twee - wissel III, Prenten & Tekeningen (2009)
Research Show research Netherlandish Drawings of the Fifteenth and Sixteenth Centuries
Literature cat. 1852, no. 1129 (Rogier van der Weyden); cat. 1869, no. 1532 (Rogier van der Weyden); cat. 1901, no. 910 (Flemish School/Early Netherlandish School, 15th/16th Century, Fl. 10); Von Baldass 1935, pp. 232-233 (Netherlandish, late 15th Century); Angulo Iniguez 1937, p. 206; Wescher 1938a, pp. 1-2 (Vrancke van der Stockt); Adler 1940, pp. 109-112, 114 ((late) Workshop Rogier van der Weyden); Winkler 1965, pp. 157-158 (Vrancke van der Stockt); Von Baldass 1946, pp. 36-37, 62, no. 9 (attributed to Vrancke van der Stockt, c. 1470-80); Brunard 1953, p. 84 (Vrancke van der Stockt); Lebeer 1953, p.196 (Meester van het Prado-verlossingsaltaar); Lebeer 1956, pp. 89-91 (Vrancke van der Stockt); Carter 1975, pp. 56-57 (Vrancke van der Stockt); Paris/Hamburg 1985, p. 84, under no. 39 (Vrancke van der Stockt); Sonkes 1973, pp. 98- 103, 108, 118, no. A4 (Brussels, late 15th Century); Thürlemann 1993, p. 41 (Pseudo-Vrancke van der Stockt/Meester van de Leuvense Heilige Drieëenheid, 1420-1450); Périer d’Ieteren in Turner 1996, p. 692 (Vrancke van der Stockt); Buck 2001, pp. 100-101 (Workshop Rogier van der Weyden); Zeman/ Koreny in Antwerp 2002, pp. 115-116, no. 27 (Vrancke van der Stockt); Ainsworth 2003, p. 309 (Vrancke van der Stockt); Koreny 2003, pp. 271-273, 275, 279, 283, 289, no. 8 (Vrancke van der Stockt); Rotterdam 2007, p. 7; Van Schoute 2008, pp. 15-16; Fransen in Leuven 2009, p. 275, under no. 7 (workshop Rogier van der Weyden); Hautekeete in Leuven 2009, pp. 421-422, under no. 48 and p. 424; Koreny 2012, pp. 368, under no. 46 (Vrancke van der Stockt)
Material
Object
Technique
Green wash > Washing > Wash > Drawing technique > Technique > Material and technique
Grey wash > Washing > Wash > Drawing technique > Technique > Material and technique
Blue wash > Washing > Wash > Drawing technique > Technique > Material and technique
Geographical origin Southern Netherlands > The Netherlands > Western Europe > Europe

Entry catalogue Netherlandish Drawings of the 15th and 16th Centuries.

Author: Judith Niessen

This description is currently only available in Dutch.

De geseling (inv. nr. MB 1409), De doornenkroning (inv. nr. MB 1398) en De kruisdraging (inv. nr. N 81) tonen opeenvolgend gebeurtenissen uit de Passie van Christus, die aanvangt met zijn binnenkomst in Jeruzalem en eindigt met de neerdaling van de Heilige Geest. De iconografie van deze drie tekeningen is grotendeels gebaseerd op de vier evangelieën uit het Nieuwe Testament. Slechts enkele elementen in deze scènes zijn niet beschreven, zoals het spijkerblok dat met een touw om Christus’ nek is gebonden en de bezwijkende Madonna die door Johannes wordt opgevangen in De kruisdraging.1

Het zeshoekige vloeroppervlak van De geseling en De doornenkroning en de doosachtige ruimte waarin De kruisdraging zich afspeelt – duiden erop dat de drie tekeningen ontwerptekeningen voor, of natekeningen van gebeeldhouwde of geschilderde compartimenten van een retabel zijn.2 Wescher associeerde ze met voorstellingen van de geseling en de kruisdraging, die in vereenvoudigde vorm deel uitmaken van de geschilderde archivolt op het Verlossingsaltaar in Madrid (afb. 1).3 Dit drieluik in de stijl van Rogier van der Weyden vormt het uitgangspunt voor het oeuvre van Vrancke van der Stockt (vóór 1420-1495), dat in 1926 door Hulin de Loo werd samengesteld.4 Wescher beschouwde de drie tekeningen als voorstudies voor de triptiek en nam ze als basis voor het getekende oeuvre van Van der Stockt. Inmiddels zijn circa dertig tekeningen aan deze kunstenaar toegeschreven die in stijl nauw aan elkaar zijn verwant.5 De tekeningen kenmerken zich door een levendige penvoering, nadrukkelijke omtreklijnen, krasserige en onregelmatige (kruis-)arceringen en de schetsmatige uitvoering van details zoals mutsen en kledingpatronen. De hoekig getekende figuren zijn slank en langgerekt en de ogen zijn aangegeven met open rondjes of streepjes.

Dankzij archiefmateriaal zijn we relatief goed geïnformeerd over het leven van deze Brusselse meester, die voor het eerst in 1444 vermeld wordt. Hij kende Rogier van der Weyden en enkele van zijn opdrachten zijn gedocumenteerd.6 Niet een daarvan is echter nog bekend. Geen enkel werk, ook niet het Verlossingsaltaar, kan dan ook met zekerheid aan hem worden toegeschreven. Het is daarom niet verwonderlijk dat over het auteurschap van Vrancke van der Stockt de meningen verdeeld zijn.7 Vrijwel iedereen is het er wel over eens dat de groep aan elkaar verwante tekeningen mogelijk door één en dezelfde kunstenaar is vervaardigd.

Er is veel voor te zeggen om deze persoon in de werkplaats van Rogier te situeren, vanwege verwante motieven en stijl. Zo herinneren de bezwijkende Maria en Johannes in De kruisdraging aan dezelfde personages in Rogiers Zeven Sacramenten-triptiek in Antwerpen en in de grisaille kruisdraging in de archivolt op het centrale paneel van zijn Miraflores-altaar in Berlijn.8 Verder corresponderen kleding en fysionomie van de figuren op De geseling met die op het linkerpaneel van Rogiers Verloving van Maria in Madrid.9 Het monogram ‘r’ op De kruisdraging en vijf andere tekeningen uit de groep wijzen wellicht ook in de richting van Rogiers werkplaats.10 Mogelijk diende deze letter, die recent tot veel discussie heeft geleid, als een atelier- of herkomstmerk of verwijst zij naar de inventor van de composities, Rogier van der Weyden.11 Het is wel eens gesuggereerd dat de met een ‘r’ gemarkeerde composities gebaseerd zijn op originele, vluchtig neergekrabbelde werkschetsen van Rogier zelf.12 In dat geval kopieerde de tekenaar vermoedelijk de oorspronkelijke compositie in zwart krijt of houtskool, werkte deze vervolgens in pen verder uit en zette daarbij het ontwerp naar eigen hand.13 Dat verklaart de vele wijzigingen in pen en penseel ten opzichte van de ondertekening in zwart krijt en de kleine correcties met witte dekverf die de maker toevoegde. De met blauwe en groene waterverf ingekleurde achter- en ondergrond bij De geseling is door een andere hand later toegevoegd. De drie composities komen ook in andere kunstwerken voor.14 Zo komen ze op hoofdlijnen overeen met voorstellingen uit het getijdenboek van Maria van Bourgondië in Wenen, van ca. 1470-1475. De geseling is daarnaast rond 1470 door een Spaans-Vlaamse kunstenaar herhaald in een schilderij, nu in Valencia.15

De kruisdraging verschilt van de twee andere tekeningen wat betreft herkomst en formaat. Bovendien is deze tekening schetsmatiger van karakter, ze draagt het monogram ‘r’ rechtsboven en heeft op de keerzijde allerlei onuitgewerkte schetsjes. Hoewel de tekeningen stilistisch tot dezelfde groep behoren, lijken De geseling en De doornenkroning van mindere kwaliteit, onder andere zichtbaar in het gezicht van de bespotter achter Christus op De doornenkroning die zijn knie op onwaarschijnlijke wijze op Christus’ schouder heeft geplaatst. Met de scherpe contourlijnen hebben deze twee tekeningen bovendien minder het eigen karakter dat zo kenmerken is voor De kruisdraging en een groot deel van de andere tekeningen uit de groep. Wellicht is een meer onervaren hand voor beide voorstellingen verantwoordelijk. Om die reden, en vanwege de herhaling van de motieven in andere kunstwerken, is de suggestie van Buck dat de drie Rotterdamse tekeningen en twee met een R gemonogrammeerde tekeningen, De verrezen Christus verschijnt aan zijn moeder in Parijs en De neerdaling van de Heilige Geest in Berlijn, mogelijk getekend zijn voor een altaar met als thema het Leven van Maria, ook minder waarschijnlijk.16

De schetsen in zwart krijt op de keerzijde van De kruisdraging tonen de contouren van een aantal figuren, zoals een vrouwelijke heilige met een boek bovenaan en een staande figuur ernaast. Twee naakte figuren zijn linksonder getekend, de een in pen in bruine inkt, de andere in zwart krijt, mogelijk een gekruisigde Christus of Christus als man van smarten; de linker figuur heeft een doek achter zich, onderdeel van de iconografie van de man van smarten. Verder is in zwart krijt een sluitsteen of een rozettenraam getekend en is linksboven een niet nader te identificeren schetsje te zien. Meest opvallend is het schematisch weergegeven drieluik in pen in bruine inkt rechtsonder met op het middenpaneel onder een archivolt een kruis, dat associaties oproept met Rogiers Zeven Sacramenten­-triptiek. Daar wordt het centrale paneel, waarop een Kruisiging is verbeeld, ook geflankeerd door twee kleinere zijluiken.17 Deze schetsen kunnen ricordi zijn, schetsjes naar voorbeeld, getekend als geheugensteuntje, of vluchtige krabbels om houdingen van figuren of de opzet van een drieluik uit te proberen.

Over de datering van deze drie tekeningen bestaat discussie. Ze worden wel eens, net als de andere tekeningen uit de groep, rond 1435-50 gedateerd.18 Koreny daarentegen plaatst ze met goede argumenten rond 1470.19 De anachronistische kleding en bepaalde stilistische eigenschappen die wijzen op een eerdere datum, zijn te verklaren doordat de meeste van de voorstellingen gebaseerd zijn op oudere concepten. De datering van deze schetsmatige tekeningen rond 1470 sluit het ontstaan ervan in de werkplaats van Rogier niet uit. Dit atelier werd immers met toebehoren, zoals ontwerpen en andere tekeningen, na de dood van de beroemde schilder in 1464 overgedragen aan diens zoon Pieter en werd door hem hoogstwaarschijnlijk voortgezet.20 Aangezien er geen enkele zekerheid bestaat over het oeuvre van Van der Stockt maar de drie tekeningen duidelijk verband houden met Rogier, kiezen we er hier voor om ze in diens werkplaats te situeren.

Footnotes

1 Het spijkerblok vindt zijn oorsprong aan het begin van de vijftiende eeuw, Zie Koreny 2012, p. 368 en Marrow 1979, pp. 171-189. De bezwijkende Maria die door Johannes wordt opgevangen is ontleend aan de ontmoeting van Maria met de lijdende Christus die wordt beschreven in de laat-Middeleeuwse Meditationes Vitae Christi van Pseudo-Bonaventura. Zie J.P. Filedt Kok in Leiden 2011, nr. 5.

2 Zeman/Koreny 2002, p. 116; Koreny 2003, p. 283 en Koreny 2012, p. 368.

3 Wescher 1938; Madrid, Museo del Prado, inv. nr. 1888-1892.

4 Hulin de Loo 1926, cols. 70-72.

5 Het toegeschreven oeuvre van Vrancke van der Stockt is recent besproken door Fritz Koreny: Koreny 2003.

6 Koreny 2003, p. 267.

7 Zie bibliografie. Voor een samenvatting van alle meningen, zie: Koreny 2012, pp. 368-369.

8 Antwerpen, Koninklijk Museum voor Schone Kunsten, inv. nrs. 393-395. Leuven 2009, nr. 81, ill. Berlin, Staatliche Museen, inv. nr. 534A. Frankfurt/Berlin, nr. 29, ill.

9 Madrid, Museo del Prado, inv. nr. 1817a. Frankfurt/Berlin 2008, nr. 9, ill. Deze overeenkomst is opgemerkt door Hautekeete in Leuven 2009, p. 422.

10 De overige vijf tekeningen zijn: De verrezen Christus verschijnt aan zijn moeder, Parijs, École nationale supérieure des Beaux-Arts, inv. nr. M 665; Retabel met de Kruisiging en taferelen uit het leven van de heilige Eligius en De Heilige Augustinus, beide Parijs, Musée du Louvre, inv. nrs. 20654 en 20687; De neerdaling van de Heilige Geest, Berlijn, Staatliche Museen zu Berlin, inv. nr. KDZ 5427; Een groep mensen in processie, Londen, British Museum, inv. nr. 1895-9-15-1001. Alle geïllustreerd in Leuven 2009, nrs. 49-53.

11 Voor een overzicht van de discussie over de interpretatie van dit monogram, zie: Fransen/Hautekeete, p. 419 en Koreny 2012, p. 369.

12 Fransen/Hautekeete in Leuven 2009, p. 419

13 Buck 2001, p. 99; Zeman/Koreny in Antwerp 2002, p. 116; Ainsworth 2003, p. 309.

14 Ondermeer: Hautekeete in Leuven 2009, p. 422; Koreny 2012, p. 370.

15 Wenen, Österreichische Nationalbibliothek, inv. nr. Codex Vindobonensis 1857. Facsimile: Inglis 1995. De compositie van een andere tekening uit de groep de Neerdaling van de Heilige geest, wordt ook herhaald in een miniatuur in een anoniem getijdenboek dat zich in de verzameling Otto Schäfer te Schweinfurt bevond. Tekening: Berlijn, Staatliche Museen zu Berlin, inv. nr. KdZ 5427. Buck 2001, pp. 97-103, nr. I.7.

16 Buck 2001, p. 100.

17 De verso van De Kruisdraging (inv. nr. N 81) is voor het eerst door Koreny gepubliceerd die de schetsen op dit blad uitgebreid toelicht. Koreny 2012, pp. 372-375, nr. 46 verso.

18 Fransen en Hautekeete in Leuven 2009, p. 420.

19 Koreny 2003, p. 275-279. Hij onderbouwt deze datering opnieuw in Koreny 2012, pp. 369-370.

20 Campbell in Leuven 2009, p. 106; Kemperdick 1999, p. 126.

Show research Netherlandish Drawings of the Fifteenth and Sixteenth Centuries
Show catalogue entry Hide catalogue entry

All about the artist