:host { --enviso-primary-color: #FF8A21; --enviso-secondary-color: #FF8A21; font-family: 'boijmans-font', Arial, Helvetica,sans-serif; } .enviso-basket-button-wrapper { position: relative; top: 5px; } .enviso-btn { font-size: 22px; } .enviso-basket-button-items-amount { font-size: 12px; line-height: 1; background: #F18700; color: white; border-radius: 50%; width: 24px; height: 24px; min-width: 0; display: flex; align-items: center; justify-content: center; text-align: center; font-weight: bold; padding: 0; top: -13px; right: -12px; } .enviso-dialog-content { overflow: auto; } Previous Next Facebook Instagram Twitter Pinterest Tiktok Linkedin Back to top
The Consecration of St. Nicholas

The Consecration of St. Nicholas

Attributed to: Dirck Vellert (in circa 1516-1517)

Ask anything

Loading...

Thank you. Your question has been submitted.

Unfortunately something has gone wrong while sending your question. Please try again.

Request high-res image

More information

Specifications

Title The Consecration of St. Nicholas
Material and technique Pen and brown ink, gray wash, framing lines with the pen in brown ink, on brown washed paper
Object type
Drawing (recto) > Drawing > Two-dimensional object > Art object
Location This object is in storage
Dimensions Height 265 mm
Width 162 mm
Artists Attributed to: Dirck Vellert
Accession number MB 1975/T 31 recto (PK)
Credits Purchased 1975
Department Drawings & Prints
Acquisition date 1975
Creation date in circa 1516-1517
Signature none
Inscriptions none
Mark E. Wauters (L.912)
Provenance Emile Wauters (1846-1933, L.911), Paris; his sale, Amsterdam (Muller) 15-16.06.1926, lot 65 (as Antwerp school, to Beets for fl 150); Art dealer Nicolaas Beets (1878-1963), Amsterdam, Album V, his sale (Muller), 9-11 april 1940, lot 191 (as Dirck Vellert); Bernard Houthakker (1884-1963), Amsterdam, his ( (†) sale, Amsterdam (Mak van Waay), 17-18 november 1975, no. 14, ƒ 2.900, to the museum
Research Show research Netherlandish Drawings of the Fifteenth and Sixteenth Centuries
Material
Object
Technique
Grey wash > Washing > Wash > Drawing technique > Technique > Material and technique
Geographical origin Southern Netherlands > The Netherlands > Western Europe > Europe

Do you have corrections or additional information about this work? Please, send us a message

Entry catalogue Netherlandish Drawings of the 15th and 16th Centuries.

Author: Ariane van Suchtelen

This description is currently only available in Dutch.

In de rekenboeken van het Antwerpse gilde van de Meerseniers (kooplieden) over de periode 1516-1521 is de betaling opgetekend aan ‘glaesmaker’ Dirck Vellert voor ‘eenen patroon diemen hem van oudts sculdich was ende hy gemaect hadde tot behoef van de glasen venster boven St. Niclaes Outaer [altaar] in Onser Liever Vrouwen kerke’.1 De Rotterdamse Bisschopswijding werd door Boon geïdentificeerd als Vellerts ‘patroon’:2 het ontwerp voor het gebrandschilderde raam boven het altaar gewijd aan Nicolaas, schutspatroon van de Meerseniers, dat zich bevond aan de zuidkant van het schip van de Onze-Lieve-Vrouwekerk in Antwerpen.3 De wijding van de heilige Nicolaas (280-342) als bisschop van Myra vormt inderdaad een voor de hand liggend onderwerp voor dit venster. Omdat het kennelijk om betaling van een oude schuld aan de kunstenaar ging, lijkt het aannemelijk dat Vellerts ontwerp dateert uit de beginperiode van deze rekenboeken, omstreeks 1516/17. Niet veel later, op 6 oktober 1533, woedde een brand in de kerk en ging het raam verloren, waarna de Meerseniers een nieuw venster lieten maken. Dit keer gaven zij de voorkeur aan een andere kunstenaar, namelijk Pieter Coecke van Aelst en ook deze opdracht is gedocumenteerd.4 Dit tweede gebrandschilderde raam uit 1536/37 ging eveneens verloren, maar Coeckes ontwerp met een over vijf compartimenten doorlopende voorstelling van een bisschopswijding is bewaard gebleven: Friedländer identificeerde het als de tekening die zich nu in Wenen bevindt (afb. 1).5

Een bisschopswijding diende volgens de beeldtraditie te worden voorgesteld in een min of meer vast omlijnde symmetrische compositie die aan de kunstenaar weinig speelruimte liet.6 Daarbij zit de nieuwe bisschop in het midden voor het altaar, frontaal weergegeven met aan weerszijden de bisschoppen die de mijter op zijn hoofd plaatsen. Soms is er nog een knielende geestelijke afgebeeld, die het missaal ophoudt waaruit de bisschop na zijn wijding de geloofsbelijdenis zal lezen, zoals in Coeckes ontwerp rechts van het midden te zien is. Op de tekening in Rotterdam heeft deze figuur het misboek op de grond gelegd, naast een wijwatervat, om zijn handen te kunnen sluiten voor het gebed. Rekening houdend met het vaste stramien waaraan een wijdingsscène diende te voldoen, zijn het eerder de verschillen dan de overeenkomsten tussen beide tekeningen die opvallen. Coecke besteedde veel aandacht aan de plastische weergave van de figuren die een levendige interactie met elkaar aangaan, terwijl de figuren op de Rotterdamse tekening vrij summier en statisch zijn weergegeven. Vergeleken met Coeckes tekening, die zorgvuldig is uitgewerkt, is de hier besproken tekening behoorlijk schetsmatig van karakter. Met zoekende, soms dubbel getrokken lijnen is de architectuur aangegeven, waarbij details als de korinthische kapitelen van de zuilen met niet meer dan een paar pennehaaltjes zijn gesuggereerd. Ook bijvoorbeeld de baldakijn boven de bisschoppen is met slechts een paar lijnen aangeduid. De figuren zijn vlot geschetst, de omstanders links en rechts op de achtergrond uiterst summier met korte onderbroken lijntjes getekend. Al met al wekt het blad de indruk eerder een eerste schets te zijn dan een gedetailleerd uitgewerkt ‘patroon’ dat moest dienen als voorbeeld voor de glasschilder, zoals Coeckes tekening. Opmerkelijk is dat de in de breedte doorlopende voorstelling in Wenen geheel andere hoogte-breedteverhoudingen suggereert voor het beoogde raam dan de in de hoogte geconcipieerde Bisschopswijding in Rotterdam. Dit laatste gegeven roept de vraag op hoe een gebrandschilderd raam naar dit ontwerp van Coecke, zou hebben gepast op de plek van het verwoeste raam boven het Nicolaasaltaar. Een verklaring kan zijn dat het hier besproken blad slechts een studie is voor het middengedeelte van het raam van de Meerseniers, wat zou betekenen dat de tekeningen voor de zones aan weerszijden verloren zijn gegaan.

Enige argwaan tegenover de door Boon voorgestelde identificatie van de tekening als Vellerts ‘patroon’ uit de geciteerde rekenboeken van de Meerseniers lijkt terecht, temeer daar de tekening ongesigneerd is, wat bij Vellert uitzonderlijk is. Bovendien zijn de stilistische parallellen met diens bekende werk niet direct evident. Het schetsmatige karakter van de Rotterdamse tekening – van Vellert zijn verder geen tekeningen van dit type bewaard gebleven – bemoeilijkt de vergelijking echter. De bekende tekeningen van Vellert zijn ofwel zorgvuldig voltooide bladen, ofwel nauwkeurige lijntekeningen die waren bestemd als voorbeeld voor de glasschilder.7 Alleen voor wat betreft de plooival merkte Boon enige verwantschap op tussen de hier besproken tekening en Vellerts vroegste gedateerde tekening, een ontwerp voor een triptiek uit 1520 in Parijs.8 Bijkomstig probleem is dat alle bekende werken van Vellert uit diens latere jaren dateren – uit zijn vroegste periode is behalve de al genoemde tekening in Parijs en twee 1517 gedateerde glasruitjes niets overgeleverd.9 Het gebrek aan vergelijkingsmateriaal maakt het lastig om de toeschrijving van de Rotterdamse tekening aan Vellert te toetsen. In elk geval past het onderwerp van de vaardig geschetste tekening bij de gedocumenteerde opdracht die Vellert voor de Meerseniers uitvoerde, zodat er vooralsnog voldoende reden lijkt te zijn om de identificatie als het ontwerpschets voor het raam boven het Nicolaasaltaar van de Meerseniers te handhaven, zij het onder voorbehoud.

Footnotes

1 Geudens 1891, p. 37. Er werden in de periode 1516-1521 nog drie betalingen opgetekend ten behoeve van het raam boven het Nicolaasaltaar, aan ‘Peeter Pickaerde ende Janne van Hueckelom’ (assistenten?) en aan andere niet nader gespecificeerde personen. Onduidelijk is waarvoor de betalingen zijn. Het onderwerp van het venster wordt niet gespecificeerd.

2 Boon 1964. De tekening is waarschijnlijk door Nicolaas Beets aan Vellert toegeschreven, die het blad in 1926 had verworven (veiling van diens collectie, Amsterdam, Frederik Muller, 9-11 april 1940, nr. 191, als Dirck Vellert). Beets was een kenner van het werk van Vellerts; tussen 1906 en 1922/23 publiceerde hij vijf artikelen over de kunstenaar in Oude Kunst.

3 Antwerpen 2009, p. 17, noot 22.

4 Geudens 1891, p. 52; Marlier 1966, p. 43.

5 Friedländer 1917b, p. 91; Benesch 1928, p. 9, nr. 52, afb. 15; Marlier 1966, pp. 43, 353-354. Vanwege het valse Vellert-monogram en jaartal 1525 middenonder werd de tekening in Wenen door Glück nog geaccepteerd als een werk van Vellert (Glück 1901, pp. 24-25).

6 Vergelijk voor wat betreft de beeldtraditie Vogelaar 1987, pp. 53-59; Kloek 1989, pp. 15-16, p. 26, noot 31. Vergelijk voor andere voorbeelden, onder meer Benesch 1938, pp. 40-42, afb. 7 en 9; voor contemporaine glasramen met een bisschopswijding, Wayment 1989, afb. 11 en 13.

7 Vergelijk Konowitz 1990.

8 Parijs, Musée du Louvre, inv.nr. 587 dR, zie Boon 1964, p. 156; New York 1995, pp. 148-149, afb. 5. Peter van den Brink stelde vast dat het gaat om een ontwerp voor een geschilderd triptiek (ongepubliceerde aantekeningen, 20/21 oktober 2003).

9 New York 1995, nrs. 67 en 68. Stilistisch of anderszins zijn er weinig aanknopingspunten met de tekening in Rotterdam.

Show research Netherlandish Drawings of the Fifteenth and Sixteenth Centuries
Show catalogue entry Hide catalogue entry

All about the artist

Dirck Vellert

Amsterdam circa 1480/1485 - Antwerpen circa 1547

Bekijk het volledige profiel