Auteur: Yvonne Bleyerveld
Vermoedelijk werd de Vlaamse schilder en tekenaar Lodewijk Toeput rond 1550 geboren en overleed hij omstreeks 1605.1 Op basis van Karel van Manders Schilder-Boeck wordt aangenomen dat hij uit Mechelen kwam.2 Van Mander typeert hem als ‘cloeck in Landtschap en ordinantien/ een goet en naemweerdigh Meester in de Schilder-const’.3 Mogelijk was Toeput een leerling van Maarten de Vos en vertrok hij omstreeks 1573 naar Venetië. Volgens Ridolfi’s Le maraviglie dell’Arte (1648) werkte hij aanvankelijk in het atelier van Tintoretto. Een verblijf in Rome is niet gedocumenteerd, maar op basis van tekeningen met Romeinse kerken en oudheden wordt aangenomen dat Toeput aan het begin van de jaren 1580 in deze stad verbleef. In februari 1582 werd hij gedocumenteerd in Treviso, bij Venetië, waar hij de rest van zijn leven bleef wonen en werken. De kunstenaar had nauw contact met Venetiaanse kunstenaars, vooral via de Vlaming Pauwels Franck, die daar ook werkzaam was.
Toeput schilderde fresco’s, altaarstukken en schilderijen met Bijbelse voorstellingen, landschappen en formele tuinen met banketten en musicerende gezelschappen. Zijn vroegst bekende tekening, Lot en zijn dochters, dateert uit 1573.4 Toeput tekende meer Bijbelse en mythologische voorstellingen, maar was in de eerste plaats een tekenaar van stadsgezichten en van panoramische landschappen.5 Twee van zijn stadsgezichten, Gezicht op Treviso en Gezicht op Aquapendente, werden gegraveerd en opgenomen in G. Braun en F. Hogenbergs Civitates orbis terrarum (Keulen, 1572-1618).
Noten
1 Deze biografie is gebaseerd op Washington/New York 1986, p. 286; Gerszi 1992; Turner 1996, dl. 31, pp. 70-71 (T. Gerszi).
2 Van Mander 1604 (editie Miedema), fol. 296r. Van Mechelen als de geboorteplaats van Toeput is Van Mander overigens niet geheel zeker: ‘..en eenen Lodewijck Toeput (ick meen) van Mecchel..’
3 Ibidem.
4 Frankfurt, Städelsches Kunstinstitut, zie Gerszi 1992, fig. 1.
5 Gerszi 1992, p. 373.
