Bertjan Pot oefent zijn vak eerder uit als eigentijdse uitvinder dan als klassieke vormgever. Zijn producten ontstaan uit een fascinatie voor een bepaald materiaal of een verwerkingstechniek. Hij raakt onder de indruk van de mogelijkheden die het biedt en gaat spelenderwijs op zoek naar een onderliggende code. Hij zoekt een logica in de productie die zo helder en slim is dat alle overige vormgevingseisen erbij in het niet vallen.
Een optimaal gebruik van materiaal en techniek brengt volgens Pot een object terug tot zijn essentie en geeft ruimte aan een poëtische logica. Wanneer Pot dit moment bereikt in het ontwerpproces, weet hij dat het ontwerp geslaagd is. Sinds 1999 bouwt hij consequent aan een kleurrijk universum vol met eigentijdse innovaties.
Pot studeerde in de jaren negentig aan de Design Academy in Eindhoven en deed eindexamen met het ontwerp van de Knitted Lamp (1998). Deze lamp is gemaakt met behulp van glasvezel, epoxyhars en ballonnen. In een procedé dat hij zelf ontwikkelde, trekt hij een breisel van glasvezel gedrenkt in epoxy over een ballon en laat de vorm uitharden tot een autonoom object. Met de objecten, die iedere keer een andere vorm hebben, maakte hij een serie hangende en staande lampen. Hoewel deze vormen expressief zijn en een bijzondere esthetiek bezitten, blijkt de constructieve werking van de glasvezel niet optimaal. Wanneer glasvezels niet goed recht liggen, wat in een breisel het geval is, komen de kwaliteiten van het materiaal onvoldoende uit.
Met het restmateriaal van het afstudeerproject ontwikkelt hij daarom een andere lamp. Eén die eenvoudiger is. Pot draait de glasvezeldraden nu rechtstreeks over de ballon en na uitharden van de epoxy ontstaat een nieuwe lamp, de Random Light. Deze lamp wordt opgemerkt door ontwerper Marcel Wanders die in 2001 het interieurlabel Moooi opricht en de lamp in deze collectie wil opnemen. Na een periode van drie jaar waarin Moooi het productieproces perfectioneert voor machinale productie wordt de lamp uiteindelijk opgenomen en groeit uit tot een commercieel succes.
Het idee om een vorm willekeurig te omwikkelen met koolstofvezeldraden, waardoor een zwarte kopie in lijnen ontstaat, blijkt met name een vruchtbare techniek voor stoelen. In 2003 maakt Pot de Random Chair. Zwarte draden worden over een mal van piepschuim getrokken om een superlichte en ijzersterke constructie te vormen. De Carbon Copy (2003) en de Carbon Chair (2004) ontstaan vervolgens als varianten op de beroemde eetkamerstoel van Charles en Ray Eames.
Hoewel bij Pot de ultieme versmelting van functie en materiaal voorop staat, gaat zijn werk niet louter over functionaliteit. Hij is naar eigen zeggen juist niet zo goed met praktische dingen zoals apparaten met stekkers, en houdt zich liever bezig met mooie dingen. Daarbij werkt hij graag samen met bedrijven en productieateliers. In 2005 wordt hij gevraagd door Stichting Sofa, een stichting ter bevordering van toegepaste meubelkunst, en Weverij De Ploeg om een nieuwe toepassing te ontwikkelen voor de stofferingsindustrie. Uit een fascinatie voor naadloze bekleding ontstaat het idee om een stoel in zijn geheel te vilten: The Seamless Chair. Het resultaat is eenvoudig en subliem tegelijk. Het vilten van de wol maakt de bekleding slijtvast en de constructie is meteen verhult. Het is een arbeidsintensieve bewerking waar uiteindelijk maar twee stoelen mee gemaakt worden: een groene, die deel uitmaakt van de museumcollectie, en een rode.
Tegelijkertijd ontwikkelt Pot op basis van dit onderzoek het bankje Slats. Het ontwerp is een parodie op de klassieke tuinbank. Pot ontwikkelt een licht en comfortabel alternatief voor de zware interieurbanken. In plaats van een integrale bekleding worden de dertien latjes afzonderlijk bekleed. Het resultaat is luchtig en de bank kan als flatpack gedistribueerd worden. Inmiddels wordt de bank geproduceerd door Drisag en is een exemplaar opgenomen in de museumcollectie.
Hoewel Pot vrij in zijn denken is, is hij geen romantische ontwerper. ‘Verhalend ontwerpen’, een werkwijze die veel generatiegenoten hanteren, doet hij liever niet. Een enkele verhaallijn is voor hem te beperkt. De magie komt juist tot stand doordat voor iedereen de betekenis anders in elkaar zit.
Bertjan Pot
Nieuwleusen 1975