Dit drieluik maakte Dalí voor het huis van Edward James, de excentrieke Engelsman die hem financieel ondersteunde. Het meisje dat touwtje springt symboliseert een gelukkige jeugdherinnering. Dit motief herhaalt zich in de klok van de toren. De figuren rechts, waarvan één half skelet, zouden Dalí en zijn overleden oudere broer kunnen zijn, naar wie hij vernoemd is.
Specificaties
Titel | Landschap met touwtje springend meisje |
---|---|
Materiaal en techniek | Olieverf op doek |
Objectsoort |
Schilderij
> Schildering
> Tweedimensionaal object
> Kunstvoorwerp
|
Locatie | Dit object is op reis |
Afmetingen |
Hoogte 301,4 cm Breedte 466,5 cm Diepte 10,5 cm |
---|---|
Makers |
Kunstenaar:
Salvador Dalí
|
Inventarisnummer | 2937 a-c (MK) |
Credits | Aankoop 1977 |
Collectie | Moderne Kunst |
Verwervingsdatum | 1977 |
Vervaardigingsdatum | in 1936 |
Signatuur | linksonder van het middenstuk Gala Salvador Dali 1936 |
Verzamelaar | Edward James |
Gerechthebbenden | © Salvador Dalí, Fundación Gala-Salvador Dalí, c/o Pictoright Amsterdam 2022 |
Herkomst | Edward James, Chichester 1936-1964; Edward James Foundation, Chichester 1964-1977; Linker- en rechterpaneel in bruikleen aan Tate Gallery, Londen 1958-1972; Drieluik in bruikleen aan Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam 1972-1977 |
Tentoonstellingen | Salvador Dalí: bruikleen uit collectie Edward F.W. James, Rotterdam (Museum Boijmans Van Beuningen) zomer 1972 Picasso, Miró, Dalí: évocations d’Espagne, Charleroi (Palais des Beaux Arts) 26.09.1985 – 22.12.1985 Salvador Dalí, Stuttgart (Staatsgalerie Stuttgart) 12.05.1989 – 23.07.1989, Zürich (Kunsthaus Zürich) 18.08.1989 – 22.10.1989, Humlebaek (Louisiana Museum of Modern Art) 16.12.1989 – 11.03.1990 Surreal Things. Surrealism and Design, Londen (Victoria and Albert Museum) 29.03.2007 – 22.07.2007, Vreemde Dingen. Surrealisme en design, Rotterdam (Museum Boijmans Van Beuningen) 29.09.2007 – 13.01.2008, Cosas del Surrealismo, Bilbao (Guggenheim Museum Bilbao) 29.02.2008 – 07.09.2008 Salvador Dalí. Il sogno si avvicina – The dream is getting closer, Milaan (Palazzo Reale) 22.09.2010 – 30.01.2011 Dalí, Parijs (Centre Pompidou, Musée national d’art moderne) 21.11.2012 – 25.03.2013 / Dalí. Todas las sugestiones poéticas y todas las posibilidades plásticas, Madrid (Museo Nacional Centro de Arte Reina Sofía) 27.04.2013 – 02.09.2013 Een paraplu, een naaimachine en een ontleedtafel. Surrealisme à la Dalí in Rotterdam, Rotterdam (Museum Boijmans Van Beuningen) 21.09.2013 – 02.02.2014 Surreal Encounters: Collecting the Marvellous. Dalí, Ernst, Magritte and Miró from the Collections of Edward James, Roland Penrose, Gabrielle Keiller and Ulla and Heiner Pietzsch, Edinburgh (Scottish National Gallery of Modern Art) 04.06.2016 – 11.09.2016, Dalí, Ernst, Miró, Magritte… Surreale Begegnungen aus den Sammlungen Roland Penrose, Edward James, Gabrielle Keiller, Ulla und Heiner Pietzsch, Hamburg (Hamburger Kunsthalle) 07.10.2016 – 22.01.2017, Gek van surrealisme. Dalí, Ernst, Magritte, Miró… uit de collecties van Roland Penrose, Edward James, Gabrielle Keiller en Ulla en Heiner Pietzsch, Rotterdam (Museum Boijmans Van Beuningen) 11.02.2017 – 28.05.2017 |
Interne tentoonstellingen |
Openbare restauratie schilderij Dalí (2010) Een paraplu, een naaimachine en een ontleedtafel. Surrealisme à la Dalí in Rotterdam. (2013) Gek van surrealisme (2017) |
Externe tentoonstellingen |
Dalí (2012) Surreal Encounters - Collecting the Marvellous (2016) Dalí, Ernst, Miró, Magritte... (2016) Dal nulla al sogno (2018) Boijmans x KMSKA. Bruikleen t.b.v. nieuwe opstelling KMSKA (2022) |
Onderzoek |
Toon onderzoek Een droomcollectie - Surrealisme in Museum Boijmans Van Beuningen |
Literatuur | R. Descharnes, Dalí: Die Eroberung des Irrationalen; Sein Werk – Sein Leben, Keulen 1997, p. 201 K. von Maur, Salvador Dalí, 1904-1989, tent.cat. Stuttgart (Staatsgalerie Stuttgart), Zürich (Kunsthaus), Stuttgart 1989, p. 189, cat.nr. 146 I. Gibson, The Shameful Life of Salvador Dalí, Londen 1997, p. 350, afb. 81 Fundació Gala-Salvador Dalí (Figueres), ‘Salvador Dalí, Catalogue Raisonné of Paintings 1910-1964’, http://www.salvador-dali.org, nr. 419 V. Trione, Salvador Dalí. Il sogno si avvicina, tent.cat. Milaan (Palazzo Reale), 2010-2011, pp. 160-161 J.-H. Martin et al., Dalí: ouvrage publié à l’occasion de l’exposition présentée à Paris, tent.cat. Parijs (Centre Georges Pompidou), Madrid (Museo Nacional Centro de Arte Reina Sofía), Parijs 2012, p. 204 S. van Kampen-Prein (red.), Gek van surrealisme. Dalí, Ernst, Magritte, Miró… uit de collecties van Roland Penrose, Edward James, Gabrielle Keiller en Ulla en Heiner Pietzsch, tent.cat. Rotterdam (Museum Boijmans Van Beuningen), 2017, pp. 195, 199, cat.nr. 91 Een droomcollectie, tent.cat. Rotterdam (Museum Boijmans Van Beuningen), 2017, cat.nr. 16, p. 73 |
Materiaal | |
Object | |
Geografische herkomst | Spanje > Zuid-Europa > Europa |
Zie je iets wat niet klopt of heb je aanvullende informatie over dit werk? Stuur ons een berichtje
Entry bestandscatalogus Een droomcollectie - Surrealisme in Museum Boijmans Van Beuningen
Auteur: Marijke Peyser
In eerste instantie wordt de beschouwer doorgaans getroffen door het grote formaat van dit doek – bijna drie meter hoog en meer dan vier meter breed – en de presentatie in de vorm van een drieluik. En dan is er de grote leegte die alle aandacht opeist voor het frêle figuurtje op het middenstuk: Carolina Barnadas Ferrés. Carolina, ook wel Carolinetta genoemd, was de ongehuwde dochter van de zuster van Salvador Dalí’s grootmoeder Carolina. Carolinetta sterft op 22 december 1914 op vierendertigjarige leeftijd ten gevolge van een hersenvliesontsteking.[1] Het telegram van haar overlijden wordt door Dalí’s vader, notaris in Figueres, tijdens de avondmaaltijd voorgelezen aan de familie. Dalí’s grootmoeder is ontroostbaar. De tienjarige Dalí blijft echter onverstoorbaar dooreten.[2] Pas later, in de jaren dertig, zal de kunstenaar het verlies van dit geliefde familielid verwerken in een groot aantal schilderijen en tekeningen van een frêle, romantisch geklede vrouw met een springtouw.[3]
Op het middenluik heeft Dalí een kapel afgebeeld in een bouwstijl die karakteristiek is voor Catalonië. Toch doet dit bouwwerk denken aan het tempeltje op het schilderij De Verloving van de Maagd (1504) van de door Dalí bewonderde Italiaanse meester Rafaël. De kerkklok toont verwantschap met het silhouet van het touwtjespringende meisje. De twee torens links van de kapel verwijzen naar Dalí’s ontdekking dat de kerktorens van Gerona en Delft op elkaar lijken.[4] Op de achtergrond van de linkervleugel ligt het stadje Cadaqués. In de onherbergzame vlakte rechts dwalen twee halfnaakte, voorovergebogen figuren. Mogelijk vormen zij een verwijzing naar de verdrijving van Adam en Eva uit het paradijs.
Dalí ontmoet de schatrijke Engelse kunstliefhebber en mecenas Edward James waarschijnlijk in de zomer van het jaar 1933.[5] In 1936 laat James een contract opstellen dat hem het recht geeft op alle werken die Dalí tussen 1 juli 1936 en 1 juli 1938 maakt. Dalí en James ondertekenen de overeenkomst op 21 december 1936, hoewel de condities pas van op 1 juni 1937 van kracht worden.[6] Desondanks behoort dit grote drieluik uit 1936 tot de ‘productie’ van die periode.
In eerste instantie hangt het drieluik in Wimpole Street 35, de Londense residentie van James. Tijdens de Tweede Wereldoorlog valt een bom op het dak van de woning en raakt het middendeel van het drieluik beschadigd.[7] Dit doek wordt direct naar James’ landhuis in Sussex overgebracht. De twee zijvleugels maken deel uit van een groep van twintig werken uit de collectie van James die op 27 augustus 1958 in bruikleen wordt gegeven aan Tate Gallery (thans Tate) in Londen. Eind juni 1972 verlaten deze stukken dit museum en worden ze gerestaureerd door de firma Holder & Sons in Londen.[8] Enkele maanden later worden de gerestaureerde zijstukken naar Sussex vervoerd waar de drie doeken weer herenigd worden. Op 27 oktober 1972 arriveert het drieluik als langdurig bruikleen in Rotterdam. De aankoop volgt vijf jaar later.
Noten
[1] Gibson 1997b, pp. 82-83.
[2] Stuttgart/Zürich 1989, p. 136.
[3] Écho nostalgique (1935), Banlieue de la ville paranoïaque-critique (1935); Paysage païen moyen (1937).
[4] Stuttgart/Zürich 1989, p. 170: Dalí was ook een bewonderaar van Johannes Vermeer. Hij verbeeldde hem meermaals: Eléments énigmatiques dans un paysage (1934), Le spectre de Vermeer pouvant être utilisé comme table (ca. 1934), Spectre de Vermeer de Delft (ca. 1934), Le spectre de Vermeer de Delft (ca. 1934), Apparition de la ville de Delft (ca. 1936).
[5] Gibson 1997b, p. 383.
[6] Idem, p. 417 en Peyser-Verhaar 2008, zie pp. 158-159 voor Dalí’s verplichtingen.
[7] De Edward James Foundation bezit een brief uit 1961, van James aan zijn secretaresse in Sussex, waarin hij zegt dat het middenpaneel beschadigd raakte toen een bom het dak van zijn huis aan Wimpole Street 35, Londen, ‘eraf sloeg’. Zie archief MBVB, objectmap Dalí, Landscape with a Girl Skipping Rope.
[8] E-mail van Christopher Bastock, Tate Library & Archive, d.d. 14 mei 2010. Zie archief MBVB, objectmap Dalí, Landscape with a Girl Skipping Rope.
Alles over de maker
Salvador Dalí
Figueras 1904 - Figueras 1989
Salvador Dalí leerde tijdens zijn studie in Madrid de schrijver André Breton kennen, de grondlegger van de surrealistische beweging. In 1924 schreef Breton...
Bekijk het volledige profiel