Wij plaatsen functionele cookies om deze website naar behoren te laten functioneren, analytische cookies om het gebruik van de website te kunnen meten en marketing cookies om jouw ervaring op de website nog beter te maken. Deze cookies gebruiken geen persoonsgegevens. Liever geen cookies? Pas dan je cookie-instellingen aan. Wil je meer weten? Check dan onze cookies pagina.
Koop een ticket en reserveer een tijdslot
Zonder tijdslot kun je het depot niet bezoeken
Ontdek het depot eenmalig of vaker als een privilege- of vriendenpashouder
Wil jij ook meer Boijmans beleven of geef je een Vriendschap cadeau? Word dan Vriend en word uitgenodigd voor de jaarlijkse Museumpark Vriendendag. Zien we jou of jouw vriend snel in het depot?
Museum onderzoekt verhalen over kunst en kunstenaars tijdens de Oorlog.
Gastconservator Sandra Smets verzamelt verhalen en tips van nabestaanden over kunst en kunstenaars die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Rotterdam leefden en werkten. Het onderzoek zal leiden tot een presentatie in het Rotterdamse depot.
Museum Boijmans Van Beuningen heeft veel kunst uit de oorlogstijd en de omringende jaren. Die kunst is na 1945 goeddeels uit beeld geraakt, alsof het een weinig relevante kunstgeschiedenis is. Het tegendeel is waar vindt het museum, dat deze periode nu nader bestudeert. Kunsthistoricus en gastconservator Sandra Smets onderzoekt de vele hiaten in het verhaal van kunst en kunstenaars in Rotterdam tijdens de Tweede Wereldoorlog. Sinds deze week staan de lijnen open, het museum komt graag in contact met nabestaanden die hier iets over kunnen vertellen. Maar ook andere tips zijn welkom. Smets is op zoek naar clandestiene kunst, naar Joodse Rotterdammers in het kunstleven en naar keukentafelkunstenaars, die wel de pijn van de oorlog op papier zetten maar er niet mee naar buiten wilden treden. Het onderzoek zal leiden tot een publicatie, een presentatie in het depotgebouw, en een stadsplattegrond. Op die plattegrond brengt het museum letterlijk in kaart hoe de kunstwereld in Rotterdam er tijdens de bezetting uitzag – welke kunstenaars woonden waar, wat waren hun ontmoetingsplekken, welke galeries waren actief, en waar ontplooide de bezetter zijn culturele propaganda?
Ongemakkelijke bloei van de kunstwereld Vijf donkere jaren. Artistieke stilstand. Wachten tot het kunstleven weer doorging. Om na de bevrijding weer op te bloeien. Dit is het beeld dat bestaat over hoe de kunstwereld erbij stond tijdens de Tweede Wereldoorlog. Wie in biografieën kijkt van kunstenaars die in de jaren dertig en veertig leefden, ziet vaak een soort gat van vijf jaar. Alsof de bezetting een pauze was. Maar dat is een grote misvatting. Want bij de voorbereidingen van de tentoonstelling ‘Boijmans in de oorlog. Kunst in de verwoeste stad’ in 2018, merkten Smets en het museum dat het tegendeel waar was. Niet na maar tijdens de oorlog is de kunstwereld enorm gegroeid in Rotterdam, de beoogde havenstad van het Derde Rijk, en dat is een weelde die achteraf ongemakkelijk heeft gevoeld.
Scharnierpunt Niet al die bloei had te maken met de bezetter. Na het bombardement kwam een kunstopdrachtenbeleid op gang bij de noodwinkels, wat een gemeentelijke aangelegenheid was. Maar vervolgens bleek de bezetter grote culturele interesse te hebben en de kunstfinanciering fiks te verhogen. In die bloei is een kiem gelegd voor ook het naoorlogse kunstleven. Terwijl in de kunst van de oorlog ook nog vele denkbeelden – artistiek en politiek - uit het Interbellum meespeelden. Dat maakt deze kunst een cruciale periode in de moderne kunstgeschiedenis, een scharnierpunt tussen twee tijdperken.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog is het kunstleven in Rotterdam niet tijdelijk tot stilstand gekomen, zoals menigeen denkt, het is in plaats daarvan zelfs opgebloeid. Dat leverde een ingewikkelde situatie op, vol dilemma’s en tegenstellingen. Zoals een publicatie uit die tijd stelde: op de ruïnes bloeide de kunst. En daarachter voltrokken zich de verschrikkingen van de oorlog.Sandra Smets, kunsthistoricus en gastconservator, Museum Boijmans Van Beuningen
In het onderzoek zitten nog een aantal grote vragen. Het is bijvoorbeeld opvallend dat vrouwelijke kunstenaars in de jaren dertig en de eerste jaren van de oorlog actief waren, maar na 1942 verdwenen ze uit beeld. Waarom?Hoe zijn Rotterdamse kunstenaars die jaren doorgekomen? Hoe ontwikkelde hun werk zich? Hoe gingen zij om met de veranderende buitenwereld? Wat vertelt hun werk over de periode voor, tijdens en na de oorlog? Ook onduidelijk is de rol van kunstenaars in het verzet.